Vetpercentage

De Body Mass Index of BMI kent iedereen wel, maar minder mensen zijn vertrouwd met het vetpercentage. Toch is dit volgens veel experts een betere manier om te controleren of iemand een gezond gewicht heeft.

Je lichaamsvetpercentage is het gewicht van je vet gedeeld door je totale gewicht. De uitkomst is je vetpercentage, dat een combinatie is van je essentiële lichaamsvet (het vet dat je nodig hebt om te overleven) en de extra ophopingen van vet.

Vrouwen hebben een hoger vetpercentage dan mannen. Het vetpercentage geeft een accurater beeld van iemands gezondheidstoestand, maar is moeilijker te meten dan het BMI. De meest gebruikte methode is die van de huidplooimeting. Met behulp van een schuifmaat kunnen de dikte van de huid en vetlagen bepaald worden. Via een berekening kan dan het vetpercentage bepaald worden. een andere methode is elektrodiagnose. Spieren bevatten namelijk meer water dan vet en kunnen daardoor beter elektriciteit geleiden.

Het ideale vetpercentage van een man tussen 17 en 29 bedraagt 15%, van een vrouw 25%. Het ideale vetpercentage van een man tussen 30 en 39 bedraagt 20%, van een vrouw 30%. Bij mensen van 40 en ouder is dat 20% voor de mannen en 30% voor de vrouwen.

Lees meer over: bmi , lichaamsvetpercentage , vet , vetpercentage