Melanoom voorkomen

Veel melanomen kunnen in principe voorkomen worden. Als je je altijd aan onderstaande regels houdt, beperk je het risico op de ontwikkeling van melanoom enorm.

Vermijd de zon tussen 10 uur ’s morgens en 4 uur ’s middags

Op het moment dat de zon het hoogste staat en het hardste straalt, is het aan te raden uit de zon te blijven, zelfs wanneer er veel wolken zijn. Wolken bieden  immers onvoldoende bescherming tegen schadelijke UV-stralen.

Het is belangrijk dat je voldoende zonnecrème aanbrengt, al moet je wel onthouden dat dit je niet beschermt tegen alle UV-stralen.  Zonnecrèmes kunnen over het algemeen de UVB-stralen wel goed blokkeren, maar niet de UVA-stralen. Kies voor een zonnecrème met een factor van minstens 20. Breng het aan op alle huid die blootgesteld wordt aan de zon, dus ook je lippen, oorlellen, de achterkant van je handen en je nek.

Breng de zonnecrème 20 to 30 minuten voor je je in de zon begeeft aan. Smeer je opnieuw in nadat je gesport of gezwommen hebt.  Smeer jonge kinderen goed in en leer oudere kinderen hoe ze zelf zonnecrème moeten aanbrengen. Leg een fles zonnecrème in je auto, zodat je hem altijd bij je hebt.

 Draag beschermende kleding

Zonnecrèmes beschermen je niet volledig tegen UV-stralen. Draag daarom als je in de felle zon begeeft, kledij met een dichte stof die je benen en armen goed bedekken. Een hoed met brede randen om je gezicht en nek te beschermen is ook een aanrader.  Zet een zonnebril op.

Vermijd zonnebanken

Zonnebanken produceren UVA-stralen, die minstens even gevaarlijk zijn als UVB-stralen, vooral omdat het UVA-licht dieper in je huid doordringt. Ga dus best niet onder de zonnebank.

Let op met medicijnen

Bepaalde medicijnen, waaronder bepaalde antibiotica-, cholesterol-, hoge bloeddruk- en diabetesmedicatie, anticonceptiepillen, ontstekingsremmers als ibuprofen en anti-acnemedicijnen als isotretinoïne kunnen je huid gevoeliger maken voor zonlicht. Vraag je arts of apotheker naar de bijwerkingen van medicijnen en neem zo nodig extra maatregelen.

Controleer je huid regelmatig op veranderingen

Controleer zelf je huid regelmatig, vooral de moedervlekken en sproetjes. Controleer met behulp van een spiegel je gezicht, nek, oren en schedel. Check ook je borstkas en je boven- en onderarmen, de voor- en achterkant van je benen en je voeten, waaronder ook je voetzolen en de ruimtes tussen je tenen. Controleer ten slotte ook je genitaliën en de ruimte tussen je billen. Merk je een verdachte verandering op, neem dan meteen contact op met je dokter.

Laat je huid regelmatig controleren

Als je ouder bent dan 40 of een verhoogd risico loopt op melanoom, laat je huid dan jaarlijks controleren door je huisarts of door een dermatoloog.