Hyperthyreoïdie of overactieve schildklier

De schildklier is een vlindervormige klier die aan de voorkant van je keel zit. De klier haalt jodium uit voedsel en zit dit om in hormonen. Hyperthyreoïdie is de medische term voor een overactieve schildklier. Een normaal werkende schildklier controleert je metabolisme en zorgt voor het omzetten van voedsel in energie. Tegelijkertijd beïnvloedt het ook je hart, spieren, botten en cholesterol. Hyperthyreoïdie zorgt ervoor dat er teveel van het schildklierhormoon in je bloed raakt. Sommige mensen merken hier bijna niets van, andere hebben last van gewichtsverlies, een verhoogde hartslag, stemmingswisselingen en overmatig zweten.

Ziekte van Graves

De meest voorkomende oorzaak van een overactieve schildklier is de ziekte van Graves (ook wel de ziekte van Graves-Basedow genaamd). De ziekte van Graves is een auto-immuunziekte. De natuurlijke weerstand van het lichaam begint dan antistoffen te maken die de schildklier aanvallen. Daardoor gaat de schildklier meer schildklierhormoon aanmaken om de antistoffen te verslaan. Zo ontstaat hyperthyreoïdie.

Hyperthyhreoïdie kan ook veroorzaakt worden door een opgezwollen schildklier of door kleine knobbeltjes op de klier.

Symptomen hyperthyreoïdie

Sommige patiënten merken helemaal niets, anderen hebben verschillende symptomen. Herken je onderstaande symptomen, waarschuw dan je huisarts.

Een overactieve schildklier kan ervoor zorgen dat je je zenuwachtig, humeurig, moe of lusteloos voelt. Je handen kunnen trillen en je hart kan sneller slaan waardoor je ook ademhalingsproblemen kunt krijgen. Vaak zorgt een overactieve schildklier er ook voor dat je vaker zweet en je huid rood en jeukerig wordt. Andere symptomen zijn: een verhoogde stoelgang, haaruitval en gewichtsverlies.

Een huisarts kan bloed afnemen om te kijken hoeveel schildklierhormoon je aanmaakt. Het gebeurt regelmatig dat patiënten hyperthyreoïdie ontdekken tijdens een ander medisch onderzoek.

Behandeling hyperthyhreoïdie

Om de symptomen te onderdrukken kan een dokter je bètablokkers voorschrijven. Bètablokkers zorgen ervoor dat het beven onder controle blijft en laten je hartslag dalen. Om het genezingsproces te bevordereen is het belangrijk veel te rusten. Maar ook wanneer je geen last hebt van je overactieve schildklier is het toch belangrijk een behandeling te volgen. Een overactieve schildklier kan tot ernstige complicaties leiden.

De definitieve behandeling kan bestaan uit: medicatie, radioactief jodium of in extremere gevallen een operatie.

Medicatie remt de productie van schildklierhormonen af. De behandeling met thyreostatica die anderhalf jaar duurt leidt vaak wel tot enkele bijwerkingen. Patiënten klagen vaak over jeuk, een verzwakt afweersysteem en een aantasting van de lever.

Een behandeling met radioactief jodium houdt in dat de patiënt een pil met radiojood inneemt. Na een zes- tot achttal weken is het effect merkbaar. De actieve schildkliercellen worden langzaam vernietigd en de schildklier zal minder nieuwe hormonen produceren.

Mochten deze twee behandelingen onvoldoende effect hebben, dan kan nog steeds voor een operatie geopteerd worden.