Autisme

Autisme is een ontwikkelingsstoornis die begint in de kindertijd en zich verder evolueert als je volwassen bent. Autisme kan leiden tot verschillende symptomen. Die worden gegroepeerd in 3 groepen:

  • Problemen met sociale interactie: andermans emoties en gevoelens minder goed opmerken en begrijpen.
  • Minder vaardig in communicatie en taal: een tragere taalontwikkeling en moeilijker conversaties starten of voeren met anderen.
  • Ongewone denkpatronen en fysisch gedrag: repetitieve fysische bewegingen (bijvoorbeeld het tikken van de vingers op tafel), nood aan routine in het gedrag en verwardheid als de routine doorbroken wordt.

Voor enkele van die symptomen bestaat een behandeling. De ziekte zelf kan echter niet aangepakt worden.

Welke soorten autisme zijn er?

Er zijn 3 soorten autisme:

  • De klassieke vorm. Hierbij hebben de patiënten problemen met taal en sociale interactie. Ze hebben vaak moeilijkheden met leren en een lager IQ dan gemiddeld.
  • Het syndroom van Asperger. Dit is een mildere vorm van autisme, waarbij de problemen zich vooral voordoen in het sociale gedrag en de interactie met anderen. Er is geen problemen met de taalontwikkeling, maar de patiënten hebben het wel moeilijker om humor en zegswijzen te begrijpen. Meestal hebben mensen met het syndroom van Asperger een hoger IQ dan gemiddeld, zijn ze zeer goed in logica en onthouden, en hebben ze veel creativiteit.
  • De atypische vorm van autisme. Dit is een weinig voorkomende vorm van autisme, waarbij sommige symptomen overeenkomen met die van de andere twee vormen.  

Hoeveel kans heb je op autisme?

1 op 100 kinderen heeft autisme. Jongens hebben drie keer meer kans op autisme dan meisjes. De laatste twee decennia is autisme meer voorkomend. Dat betekent niet dat het meer verspreid is, maar kan komen doordat men nu beter autisme kan detecteren dan vroeger. Sommigen denken dat autisme veroorzaakt wordt door vaccinaties die toegediend worden in de kindertijd. Hier is echter geen bewijs voor.

Wat is het vooruitzicht voor mensen met autisme?

Afhankelijk van de symptomen en de intelligentie van de patiënten zal het vooruitzicht verschillen. Als de intelligentie van de patiënt gelijk of hoger is dan gemiddeld, kan die zelfstandig in het leven staan. Als de patiënt een lagere intelligentie heeft, dan zal hij mogelijk hulp nodig hebben voor het hele leven. Dit betekent echter niet dat hun levenskwaliteit vermindert.