Symptomen van kinkhoest

De symptomen van kinkhoest houden zes tot tien weken aan. In sommige gevallen kan het zelfs langer duren. Jonge kinderen doorlopen drie fases. Bij oudere kinderen en volwassenen verloopt de ziekte niet altijd op deze manier.

Fase 1

De eerste fase lijkt veel op een verkoudheid. Deze symptomen duren enkele dagen tot twee weken. Je gaat veel niezen, hoesten en krijgt last van een loopneus, waterige ogen en soms koorts. Tijdens deze fase is de besmetting het gevaarlijkste.

Fase 2

In de tweede fase ontwikkelen zich de ernstigste symptomen. Deze blijven gedurende twee tot vier weken aanhouden. Ze lijken nog steeds op de symptomen van een verkoudheid, maar de hoestbuien worden veel erger. Het begint met een droge kuchhoest en eindigt vaak in oncontroleerbare, vaak zeer hevige hoestaanvallen waarbij je tijdelijk onmogelijk kunt ademhalen. En dit maar liefst dertig keer per dag. Er wordt een gierend geluid geproduceerd wanneer er gesnakt wordt naar adem. De luchtwegen zijn namelijk vernauwd door een ontsteking. Dit geluid is zeer typisch voor kinkhoest. 

Bij baby’s:

  • kan hoesten zeer snel worden veroorzaakt na een lichte stimulatie zoals tijdens het eten, drinken, zuigen, maar ook door het verschrikken na een plotseling geluid of het aanschakelen van het licht.
  • kan hoesten verschillende symptomen veroorzaken. Zo zal de baby rode wangetjes krijgen en een zeer bleke of blauwachtige tint van de huid door het gebrek aan zuurstof. Bovendien kan hij ook uitpuilende en waterige ogen krijgen. Ook kan het zijn dat de baby zijn tong uitsteekt, zijn borst vooruitduwt of zijn armen en benen wild gaat rondzwaaien. 
  • is de hoest zeer beangstigend om te zien, ook al herstellen de meeste baby’s uit zichzelf en hebben ze weer snel controle over de ademhaling. Tussen de hoestbuien door, voelt de baby zich goed, maar tijdens het hoesten kan hij zich uitgeput voelen door de fysieke inspanning. Als de ademhaling voor een korte tijd stopt tijdens het hoesten, spreekt men van ademapneu. 
  • kan hoesten leiden tot een ziekenhuisopname, vooral bij zuigelingen jonger dan 4 maanden. Op deze manier kunnen gezondheidsexperts de baby constant in het oog houden en de hoestaanvallen evalueren.

Fase 3

De laatste fase behoort tot de herstellingsfase en duurt een paar weken tot een paar maanden. De zieke persoon gaat zich beter voelen en kracht inwinnen, maar de hoest kan echter erger worden en het geluid luider. De hoestaanvallen worden minder frequent,maar zijn nog steeds aanwezig. Ten slotte kan de ziekte zich verder ontwikkelen in de bovenste luchtwegen. En dit vooral bij mensen die niet gevaccineerd zijn tegen deze ziekte.