Behandeling difterie

Patiënten met difterie worden in het ziekenhuis opgenomen en daar in quarantaine geplaatst . Een snelle behandeling met antibiotica en antitoxinen is noodzakelijk.

Antitoxine

Als difterie wordt vastgesteld, krijgt de patiënt speciale antitoxine toegediend. De antitoxine neutraliseert de toxinen die afkomstig zijn van de difteriebacterie. De antitoxine wordt intraveneus toegediend (ingespoten in een ader) of intramusculair (ingespoten in een spier). Voordat de antitoxine toegediend wordt, moet de patiënt getest worden op een eventuele allergie. De antitoxine kan namelijk soms een hevige allergische reactie veroorzaken, die tot een shock kan leiden. Als de patiënt allergisch is, moet hij eerst gedesensibiliseerd worden voor de antitoxine.

Antibiotica

Difterie moet ook behandeld worden met antibiotica, zoals penicilline of erythromycine. Antibiotica helpen de bacteriën in je lichaam te doden en de infecties weg te werken.

Mensen met difterie moeten in het ziekenhuis worden opgenomen. Elke complicatie vereist een aparte behandeling. Na een klinische diagnose wordt meestal een tegengif (antitoxine) gegeven zonder de uitslag van het keeluitstrijkje af te wachten.

Naast de toediening van antitoxine en antibiotica, moeten ook de specifieke symptomen een aparte behandeling krijgen.